IN DE MEDIA
Belgische kust krijgt rif van wormen, mosselen en zeewier
do 27 juli 2017
 
Herinnert u zich nog de Sinterklaasstorm van 2013? Of recenter, storm Dieter van eind vorig jaar? Die laatste nam meer dan een miljoen ton zand mee in zee. Een nieuwe lading moest worden aangevoerd, met een kostenplaatje van 17 miljoen euro. Elke storm vreet zo een stukje strand weg. Daarom stelden baggeraars DEME, De Nul, textielfabrikant Sioen, milieuconsultant eCoast en onderzoekscentrum ILVO de bouw van een natuurvriendelijke buffer voor, in de vorm van een rif onder de waterlijn. Staatssecretaris De Backer geeft hen nu groen licht om dit te gaan testen. "Het is belangrijk dat we onze Belgische kust duurzaam blijven beschermen tegen mogelijk onheil. Dit innovatieve project is daarom een absolute must."
 
Op 1,2 tot 1,6 kilometer voor de kust van De Panne gaan de partners nu een rif van 100 vierkante meter aanleggen, 2 tot 8 meter onder water. Op de boeien die het proefproject afbakenen na, zal u er vanaf de kust niets van kunnen zien. Het rif 'duwt' als het ware tegen het losse zand, dat anders bij zware stormen vrijkomt en wegspoelt. En zolang dit zand blijft liggen, zal ook dat op het strand niet bewegen. Naam van het proefproject? Coastbusters, een vette knipoog naar de legendarische 'Ghostbusters'-films.
 
Stofjes
"We hebben onze kust altijd beschermd met harde structuren, zoals golfbrekers en dijken", vertelt Marc Huygens, milieumanager bij DEME en coördinator van het project. "Vandaag zoeken we naar duurzame manieren om onze kust te beschermen, en die vind je in de natuur zelf." De Backer - bioloog van opleiding - juicht de aanpak toe.
De eerste manier waarop voorkomen moet worden dat ons zand dieper in zee gesleurd wordt, is het planten van zeewier of -gras. Sioen heeft textiel ontwikkeld waarop algen makkelijk en snel kunnen groeien. Die matten worden binnenkort - met alg en al - vastgemaakt op de zeebodem. "Door de matten op grote stalen frames te spannen, geven we de algen een stabiel draagvlak", aldus Huygens.
Tweede buffer wordt een mosselrif. Onder het wateroppervlak zal een touw gespannen worden, zoals men dat nu al doet om mosselen te kweken. Tijdens het voortplantingsseizoen zullen de mossellarven zich (hopelijk) hechten aan het speciaal ontwikkelde touw en uitgroeien tot een mossel, mét schelp. Na een tijdje vallen de mosselen van de draad en zullen ze zich hechten aan de zeebodem. Daar wordt nu nog een stofje opgelegd, een 'geotextielzak'. "Zo willen we het hechten nog bevorderen", zegt Bert Groenendaal, projectcoördinator bij Sioen. "Mosselen klitten samen en creëren een natuurlijk rif met hun schelpen. Sioen onderzoekt welke zakken ideaal zijn om de riffen te laten ontstaan."
 
Kweken
Het derde proefproject is er eentje met schelpkokerwormen, op slechts 300 à 400 meter van de kust. Die diertjes nestelen zich in het zand en maken een kalken kokertje om zich te beschermen. Zo stabiliseren ze de bodem. Heel veel wormen samen zullen hun kokertjes steeds hoger bouwen, wat ook weer een rif kan creëren. Maar... je hebt er dus heel veel nodig. ILVO, het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek, bestudeert de diertjes en hun functioneren. "In eerste instantie proberen we een omgeving te ontwikkelen waarin die wormen het aangenaam vertoeven vinden", zegt Hans Polet, onderzoeker bij ILVO. "Daarna bekijken we hoe we die wormen eventueel zelf kunnen kweken, op het strand of in zee."
Op deze manier aan kustbescherming doen is relatief goedkoop - het project wordt volledig gefinancierd door de partners en kost de staat dus niets. Bovendien vaart het ecosysteem in zee er wel bij. "Schelpdieren en kokerwormen produceren larven, die een voedingsbron vormen voor andere dieren", zegt Polet. "Mogelijk zullen we de algen ook consumeren. Het is alleszins de bedoeling om die te oogsten, al mag het rif natuurlijk niet beschadigen." Of er ook meer mosselen op ons bord belanden, valt nog af te wachten.
 
België is niet het enige land dat met artificiële riffen experimenteert. Wat wél nieuw is, is dat de natuur zelf aan het werk gezet wordt.
Zeewier dat zand vasthoudt: als alles goed gaat, is dat wel een wereldprimeur. En dan kunnen DEME, De Nul en Sioen de techniek ook in andere landen uitrollen. Volgende maand worden de eerste proefopstellingen geïnstalleerd. Wie eind augustus op de dijk in De Panne wandelt, kan de boeien al zien. "Voor de winter moet alles klaar zijn", zegt Marc Huygens van DEME. Het project zal drie jaar lopen.
 
Bron: Het Laatste Nieuws, Astrid Roelandt